ca. 1500 | Er bestaat in Schiedam een schoolgebouw, genaamd "de stede scole". Er wordt echter ook elders les gegeven, namelijk bij "meester Jan scoolmeesters huys". Zangles kan men bij Meester Franssen ontvangen.
| |
ca. 1500 | De zuiderbeuk van de na de stadsbrand van 1428 herbouwde St Janskerk komt gereed.
| |
1500 | De vroedschap bepaalt dat de oudste burgemeester tevens de dijkgraaf zal zijn.
| |
1507 | Vermelding van een "Zuytmolen", waarschijnlijk tussen de Vlaardingse en de Sint Christoffelspoort.
| |
25-8-1507 | Visitateurs van de orde van St. Franciscus bezoeken het St Ursulaklooster en bevelen de zusters de kloostertucht te onderhouden, met name het zwijgen en de clausuur (het voor de buitenwereld gesloten houden van bepaalde kloostervertrekken).
| |
1508 | De stad bezit aan de westzijde van de Lange Haven een scheepswerf (ongeveer op de plaats van de voormalige HAV-bank). Die wordt door Gerrit Cornelisz voor "drie ponden hollands" per jaar gepacht.
| |
1508 | Jacob Pietersz Veenlant is tresorier.
| |
11-2-1511 | De vroedschap besluit dat er voortaan geen gildefeesten meer op het stadhuis aan de Grote Markt gehouden mogen worden met uitzondering van feesten van "het Heylige Sacraments gilde, Onser Liever Vrouwen gilde, ende der stede scutters (Schutterij)".
| |
11-3-1511 | Benoeming van Claes Jacobsz tot vuilnisophaler voor de Boterstraat en de Hoogstraat. Zijn taak is "die karre te voeren" en wel "omme te laden die vulnes van den straten ende die sal hy mitter karre an den vesten, dair men hem van der stede wegen wysen sal" (om het vuil van de straten in zijn wagen te laden en die te legen bij de wallen op een plek die het stadsbestuur hem zal aanwijzen).
| |
24-11-1511 | Benoeming van Louwerys "die karreman". Hij moet als vuilnisophaler de rest van de stad schoonhouden (Claes Jacobsz. doet de Boterstraat en de Hoogstraat al).
| |
1514 | Jacob Pietersz Veenlant is Heilige Geestmeester (verantwoordelijk voor de Armenzorg in de stad).
| |
1514 | De landsregering stelt een onderzoek naar het vermogen van steden en dorpen in Holland en Friesland. Dit onderzoek, nu als Informacie bekend staand, vermeldt dat in Schiedam 470 huizen staan met 1580 communicanten (ca. 2500 inwoners); dat er vier kloosters zijn; dat de Schiedamse haringvloot bestaat uit 20 buizen en 7 "coopvaerders" hetgeen een achteruitgang betekent van resp.6 en 4 ten opzichte van 1504 (toen is er ook een onderzoek gehouden) ; dat er 4 bierbrouwers zijn d.w.z. een achteruitgang van 4 ten opzichte van 1494 en dat de stad ca. 10 "drapeniers" telt met een jaarproduktie van ca. 500 lakens. Verder dat Schiedam "vergaene hoofden" en dito waltorens heeft, ondiepe vesten, een lekkende sluis, een vervallen stadhuis waarvan herstel zo'n 1000 pond zal bedragen en een stadsschuld van 5600 ponden.
| |
1516 | Schiedam heeft negen waltorens waarop in tijd van oorlog kanonnen kunnen worden geplaatst. Drie tussen de Christoffel- en Vlaardingse poort, drie tussen de Kethelse- en Overschiese poort en drie tussen de Overschiese en Rotterdamse poort.
| |
1517 | Jacob Pietersz Veenlant is kerkmeester.
| |
21-10-1517 | De stad heeft een functionaris die tot taak heeft de "artelrye" (artillerie - de kanonnen op de vesten) te bewaren (bij te houden). Verder is de man stadsomroeper en schoonmaker van de spui in de Roosbeek.
| |
1519 | Wilhelmus Jasper maakt de tweede luidklok voor de St Janskerk. Deze slaat de hele uren en geeft de tijden aan wanneer de stadspoorten moeten worden gesloten. Het randschrift luid (vertaald): "Met chrisma gezalfd word ik genoemd Johannes de Doper, voortdurend voer ik aan de hymnezingende koren uit de hemel. Wilhelmus Jasper heeft mij gegoten uit klinkend brons in het jaar des Heeren 1519".
| |
12-4-1521 | Het St. Ursulaklooster verzet zich tegen een hernieuwde visitatie door de bisschop van Utrecht en gaat in beroep bij Rome.
| |
8-6-1523 | Het College van XXI (de vroedschap) besluit dat alle kanonnen al of niet in de stad gemaakt, in de stdswaag moeten worden gewogen.
| |
1524 | De regenten van het leprooshuis - tot dan "syeckmeesters" ofwel ziekenmeesters genoemd, krijgen de benaming "leprosenmeesters" ter onderscheid van de bestuurders van het omstreeks dit jaar gestichte ziekenhuis voor pestlijders.
| |
1525 | Jacob Pietersz Veenlant is in deze periode opnieuw kerkmeester.
| |
1525 | In verband met een pestepidemie in de stad wordt het 'nieuwe gasthuys', lees pesthuis, in gereedheid gebracht voor de opvang van zieken.
| |
1526 | Aanstelling van Geertruud Petersdr. als ziekenbewaarster in het pesthuis aan de Boterstraat.
| |
1528 | De stadsadvocaat is ook secretaris van de stad.
| |
1528 | Jacob Pietersz Veenlant wordt opnieuw benoemd tot lid van de vroedschap.
| |
24-1-1528 | Een keizerlijk octrooi van Karel V ontneemt de baljuw de bevoegdheid de schepenen te benoemen . Tegelijkertijd brengt de keizer het college van 21 op 24 personen (het College van XXIV). De benoeming van burgemeester trekt hij naar zich toe. Tevens ontneemt hij het college van XXIV het recht zichzelf aan te vullen.
| |
18-8-1528 | Het grootste deel van de stad "met die kerkcke ende des susterhuys" brandt af.
| |
1530 | Jacob Pietersz Veenlant is in periode 1514 - 1530 tien keer benoemd tot schepen van de stad.
| |
1532 | Het St. Jacobsgasthuis aan of nabij de Korte Dam, is waarschijnlijk dit jaar naar de huidige plek aan de Hoogstraat verhuisd. .
| |
1534 | Juist nu de Wederdopers onder leiding van Jan Beukelsen uit Leiden het nieuwe Sion in Munster stichten, worden in Schiedam enkele personen veroordeeld tot openbare boetedoening omdat zij oneerbiedig over de Mis spreken.
| |
1535 | In een drietal onderzoeken naar ketterijen als "lutherije", (de leer van Luther), "hardoperije" (de leer van de Wederdopers) en "andere ketterije" worden twee beklaagden vrijgesproken.
| |
1535 | Het stadsbestuur maakt vanwege roerige tijden zoals ketterijen en onverschilligheid tegenover de Kerk diverse verordeningen bekend die er mede op gericht zijn de openbare orde te handhaven. Zo moeten vreemdelingen zich melden bij de baljuw en dat niemand 's avonds op straat mag lopen zonder een brandende lantaarn, dat niemand overdag en/of 's nachts met een wapen over straat mocht, dat niemand zijn wapen mag verkopen zonder toestemming van het stadsbestuur, dat de leden van de Schutterij hun wapen goed moesten onderhouden en dat zij bij enige "commosie" ofwel oproer zich direct bij het stadhuis moeten verzamelen
| |
1535 | De schutterij van Schiedam bestaat uit twee gilden. Het eerste is gewijd aan Sint Joris, de drakendoder en heeft als bewapening een voetboog, een hellebaard en een degen of dolk. Het tweede gilde is gewijd aan Sint Sebastiaan, de door pijlen doorboorde christelijk martelaar voor het geloof. Dit St. Sebastiaensgilde is bewapend met de zoveel lichtere handboog.
| |
16-3-1535 | Het stadsbestuur bepaalt dat elke ingezetene van de stad op kerkelijke feestdagen en zondagen de mis moet bijwonen op straffe van de boete van één carolus gulden.
| |
ca. 1537 | Vernieuwing, of nieuwbouw van het stadhuis op de huidige plaats, de Grote Markt.
| |
1537 | Het pesthuis aan de Boterstraat wordt uitgebreid met een ernaast staande woning. Neeltgen Poert (Poort) en haar dochter Janneken worden aangesteld als verzorgster om "die siecke te dienen".
| |
22-9-1537 | De vroedschap besluit dat ieder die een uittreksel wenst uit het Register met besluiten van de Weth, zich moet vervoegen aan het huis van de secretaris.
| |
1538 | Thielman Oem Danielsz is een voornaam en belangrijk man. Dit jaar is hij zevengetijdemeester.
| |
9-1-1538 | Openbare verkoping van een grote partij hout en stenen, voor een deel afkomstig van het stadhuis.
| |
april 1539 | Er worden 27 stedelijke lijnbanen verhuurd waarvan de meeste zich op de stadswallen bevinden.
| |
1541 | Thielman Oem Danielsz is schepen.
| |
1544 | Er worden opnieuw 27 stedelijke lijnbanen verhuurd.
| |
1544 | Thielman Oem Danielsz is opnieuw schepen.
| |
1545 | Thielman Oem Danielsz is in deze periode zes keer tot tresorier benoemd.
| |
1545 | Er worden 15 stedelijke lijnbanen en-bloc verhuurd.
| |
17-11-1546 | Er is sprake van de "stedetimmerwerf" gelegen "opt eynde van de Goijstraat bij die Vrouwepoort" (dat is ongeveer de plek waar nu het gebouw van de v.m. HAV-Bank staat).
| |
26-2-1547 | Het St. Jacobsgasthuis aan de Hoogstraat wordt in een acte genoemd.
| |
1-4-1547 | Dat het stadhuis zonder belendende percelen op het marktveld staat blijkt uit een vonnis waarin iemand dronken om het stadhuis heen is gereden.
| |
1548 | Thielman Oem Danielsz is opnieuw schepen.
| |
1548 | Er liggen lijnbanen in het gebied tussen de Lange Kerkstraat en de Hoogstraat.
| |
9-6-1548 | De aanleg van twee dammen ter verbetering van sluis en haven wordt aanbesteed. (Niet bekend is waar precies)
| |
24-7-1548 | De vroedschap beveelt de gasthuismeesters van het St. Jacobsgasthuis de krankzinnige Heinrick Gillisz. op te nemen "omme hem te onderhouden, die cost te geven ende huysvestinge". De Heilige Geestmeesters moeten bijdragen in de kosten.
| |
16-10-1548 | Het maken van rumoer en lawaai op de straten wordt verboden met uitzondering van de schutterijen die wel mogen trommelen.
| |
15-11-1549 | Thielman Oem Danielsz koopt een huis op de Dam van Pieter Willemsz van Beveren (dat later bekend zal zijn onder de naam Huis te Poort).
| |
ca. 1550 | Mogelijk wordt in dit jaar een nieuw orgel in de St. Janskerk gebouwd door Hendrik Niehoff voor 12 pond.
| |
ca. 1550 | Aan de noord- en oostzijde van de stad liggen vele boerderijen en boomgaarden, hetgeen veehouderij en fruitteelt betekent.
| |
ca. 1550 | De stad kent zeer vele lijn- en spinbanen (zie daarvoor de kaart van De Gheyn).
| |
1550 | Vervaardiging van de, nu nog in gebruik zijnde preekstoel van de St. Janskerk.
| |
1551 | Thielman Oem Danielsz is opnieuw kerkmeester.
| |
1553 | Servaes Fabri, de stichter van het Oude Manhuis, bezit een taanhuis voor het conserveren van zeilen en netten op de Hoogstraat.
| |
1554 | De stad verhuurt 10 lijnbanen.
| |
1556 | Verbod op het kaatsen tegen het stadhuis op de Grote Markt vanwege de overlast.
| |
1556 | Arent Danckertsz, neef van Servaes Pietersz. Fabri, is leproosmeester.
| |
15-10-1556 | Griete Dircke, Trijn Jansdr en Marije Heynen worden beschuldigd van hekserij en voor het stadhuis op de Grote Markt levend verbrand.
| |
1557 | Thielman Oem Danielsz is burgemeester.
| |
1557 | Arent Danckertsz is in deze periode tien keer tot schepen benoemd.
| |
1557 | Het Kohier van de10e penning vermeldt 650 huizen in Schiedam dat hiermee ongeveer 3500 inwoners telt.
| |
1557 | Er blijken al samenkomsten te worden gehouden van aanhangers van de nieuwe leer der hervormden.
| |
1557 | Verordening met betrekking tot opening en sluiting van de stadspoorten, nl. van 1 mei tot 1 augustus dicht van 's avonds 10 tot 's morgens 3 uur, van 1 augustus tot 1 oktober van 9 tot 4 uur, van 1 oktober tot 1 maart van 8 tot 5 en van 1 maart tot 1 mei van 9 tot 4 uur.
| |
1558 | Thielman Oem Danielsz is burgemeester.
| |
1558 | Uitvaardiging van een reglement voor het pesthuis waarin ondermeer is voorzien in een vader en een moeder die rechtstreeks onder de burgemeesters staan. Ze moeten de zieken opnemen en verzorgen en een nauwkeurige administratie bijhouden waarvoor ze voor elke binnengebrachte zieke 24 stuivers ontvangen. Ze hebben verder vrije huisvesting, etc.
| |
1559 | Thielman Oem Danielsz is schepen.
| |
26-1-1559 | Het wordt de rederijkerskamers verboden kamerspelen en liederen met een anti-kerkelijke en anti-clericale strekking op te voeren. Daarvoor moet een spel eerst door de pastoor, de schout en de heren van de Weth worden bekeken.
| |
ca. 1560 | Jacob van Deventer (ca. 1500, Kampen-1575, Keulen) werd in 1543 keizerlijk geograaf, later, onder Philips II koninklijk geograaf, brengt ca, 1558 Schiedam in kaart (schaal ca. 1: 8000) in opdracht van Philips II. De plattegrond geeft een beeld van de stad in de 14e eeuw omdat tussen 1400 en 1600 geen ingrijpende wijzigingen in het stadsbeeld plaatsvinden.
| |
1560 | Thielman Oem Danielsz is burgemeester.
| |
1560 | Instelling van de Weeskamer, een college van twee weesmeesters krijgt het beheer over de goederen van wezen. Ze benoemen ook de curators van insolvente boedels (boedels waarmee men niet aan financiële verplichtingen kan voldoen) en zaken die echtscheidingen betreffen.
| |
14-2-1560 | Op Valentijnsdag worden (wellicht jaarlijks) de gebeurtenissen van 14 februari 1489 herdacht, met een optreden van de Rederijkerskamer, processie en tractactie voor de schoolkinderen.
| |
1563 | Thielman Oem Danielsz wordt in deze periode zes keer tot weesmeester benoemd.
| |
3-8-1563 | De vroedschap bepaalt dat alle nieuw te bouwen huizen evenals loodsen en schuren, voortaan voorzien moeten zijn van stenen muren en een hard dak .
| |
1-2-1564 | Meester Servaes Pietersz Fabri van den Hoogerwerff bepaalt in zijn testament dat een aanzienlijk deel van zijn vermogen moet worden bestemd voor een gasthuis voor armen. De instelling wordt gehuisvest aan de Lange Kerkstraat.
| |
1565 | Eerste benoeming tot schepen van Cornelis Jacobsz Fabri, zoon van de broer van Servaes Pietersz. Fabri die een jaar eerder overleed.
| |
13-2-1565 | Het stadsbestuur vaardigt een ordonnatie op de haringnetten uit. De keurmeesters moeten voortaan aan de netten een "loot met drye nachtglaesen" slaan, wanneer zij aan de eisen voldoen. (Deze nachtglaesen zijn de drie zandlopers die ook in een oud wapen van Schiedam voorkomen en nog te zien zijn boven de ingang van de Stadstimmerwerf aan de Korte Haven).
| |
12-7-1565 | Het stadsbestuur stelt Mr. Reinier aan als stadsdokter tegen een wedde van 24 gulden per jaar.
| |
1566 | Cornelis Jacobsz Fabri is regent van het Oude Manhuis.
| |
1566 | Arent Danckertsz is regent van het Oude Manhuis aan de Lange Kerkstraat.
| |
1566 | In de St. Janskerk preekt Arent Fransz de nieuwe leer met toestemming van de vroedschap, terwijl tevens door pastoor Clemens Jacobsz Hueckenhorst de RK dienst wordt uitgeoefend.
| |
1566 | Pastoor Hueckenhorst vlucht uit Schiedam naar Amersfoort verband met zijn sympathie voor de Nieuwe Religie van Luther waardoor hij vreest niet veel goeds te kunnen verwachten van Alva die nog in de Nederlanden is.
| |
augustus 1566 | Beeldenstorm in de St. Janskerk in navolging van wat al was gebeurd in Delft en Rotterdam. De stedelijke overheid reageert daar niet op omdat de schutterijen en gilden onbetrouwbaar zouden zijn.
| |
17-12-1566 | De aanhangers van de Nieuwe Religie krijgen toestemming van de vroedschap hun kerkdiensten te houden op het "ziekenveld buyten de Ouwerschiesche poort". De zieken uit het leprooshuis verhuizen dan naar enige huisjes in het Sint-Annazusterhuis.
| |
maart 1567 | De predikant Arent Fransz wordt door het stadsbestuur verzocht zijn prediking voor lange tijd te staken.
| |
21-3-1567 | De Vroedschap bepaalt dat de predikant van de Nieuwe Religie nog twee zondagen mag preken op het ziekenveld buiten de Overschiese Poort.
| |
25-4-1567 | De predikant Arent Fransz, aanhanger van de Nieuwe Leer, wordt uit de stad verbannen. Met hem wijken vele anderen uit.
| |
18-7-1569 | De dochter van Gerrit Pietersz koopt haar vader in voor 42 gulden in het St. Jacobsgasthuis en met die "prove" diens "alimentatie ende onderhoudenisse zijn leven lanck gedurende" veilig stelt.
| |
21-11-1569 | De goederen van uitgeweken Schiedamse aanhangers van de Nieuwe Leer (hervormden) worden geconfisqeerd en verkocht.
| |
1570 | Koning Philips II verordonneert via Alva een nieuwe eedsformule voor regeringspersonen. Daarin moeten zij zweren een goed katholiek te zijn, geen deel te hebben aan enige ketterij en loyaal te zijn jegens hun enige heer en natuurlijke vorst, Philips II.
| |
1571 | Omstreeks dit jaar wordt de benaming Het Land van Beloften voor het eerst gebruikt voor het stuk van de Lange Kerkstraat dat bij de stadswallen ligt d.w.z. bij de Broersvest.
| |
1572 | Het einde van de oude organisatie van de Roomse Kerk in Schiedam, begint met als belangrijke gebeurtenissen de vlucht en overgang naar de nieuwe leer van pastoor Clemens Jacobsz Hueckenhorst, de toewijzing van de St. Janskerk aan de Hervormden, de plundering van de kloosters gevolgd door hun sluiting. De Roomse gemeente slinkt tot een klein groepje.
| |
1572 | De gebeurtenissen in dit jaar (het begin van de Reformatie) luiden het einde in van het Sint-Ursulaklooster, het wordt geplunderd en de nonnen verdwijnen...
| |
15-1-1572 | Het Sint-Annaconvent verkoopt aan de stad een huis dat bestemd is voor pesthuis. Kennelijk is het convent dan nog bewoond.
| |
12-3-1572 | Pietertgen Roelendochter koopt tegen afgifte van haar hypotheekbrief een levenslange verzorging in het St. Jacobsgasthuis.
| |
april 1572 | Geuzenhoofdman Barthold Entens leidt een tweede beeldenstorm in de Sint-Janskerk. Hij was met Willem van Lumey in de stad gekomen.
| |
april 1572 | Na de mislukte poging van Alva om Den Briel te heroveren, is Schiedam frontstad en krijgt het een bezetting van Spaanse troepen.
| |
4-4-1572 | Het St. Jacobsgasthuis moet wegens "desen tegenwoordigen benouwden tijt" leningen sluiten en bezittingen verkopen.
| |
4-4-1572 | Samenscholingen en gewapend op straat lopen worden verboden. De schutterijen moeten dag en nacht op straat patrouilleren.
| |
10-6-1572 | De vroedschap beveelt alle ingezetenen hun wapens in te leveren op het stadhuis.
| |
11-6-1572 | De vroedschap - op de vingers gekeken door de in de stad verblijvende Spaanse troepen - verbiedt de de bevolking van Schiedam de oversteek naar het land van Voorne en in het bijzonder naar De Briel te maken. Tevens moet iedereen om tien uur 's avonds in de stad zijn.
| |
11-7-1572 | De vroedschap is bang voor een oproer van geuzen-aanhangers en verordonneert dat alle vreemdelingen en eigen burgers die langer dan twee maanden uit de stad zijn geweest en terugkeren de stad moeten verlaten. Dat laatste geldt niet voor de vissers uit eigen stad.
| |
23-7-1572 | De Spaanse troepen verlaten Schiedam omdat Alva Bergen in Henegouwen wil heroveren en met hun vertrek verlaten ook baljuw Nicolaas van Beveren en de vroedschappen Sebastiaen Anthoniszoon en Eland Dammiszoon als Spaansgetrouwen, de stad
| |
25-7-1572 | Schiedam geeft zich bij de komst van de watergeuzen zonder slag of stoot over en kiest de zijde van de Prins van Oranje.
| |
aug.1572 | Uit een keur blijkt dat de twee schutterijen van Schiedam, nl. Sint-Joris en Sint-Sebastiaan, bestaan uit acht kwartieren of afdelingen. Zij leveren de mannen voor de stadswacht.
| |
1-8-1572 | Nu de stad is overgegaan tot de Prins van Oranje wordt het besluit tot strenge bewaking van de stad hernieuwd.
| |
23-8-1572 | Afkondiging van de godsdienstvrede, in overeenstemming met het besluit van de eerste vrije statenvergadering te Dordrecht van 19 tot 22 juli. In Schiedam gaat de St. Janskerk naar de Hervormden en de Rooms-Katholieken krijgen de kapellen en kloosters. Er wordt gewaarschuwd tegen het aanrichten van vernielingen in laatstgenoemde gebouwen.
| |
5-10-1572 | Ondanks de eerder afgekondigde godsvrede volgen vernieling en plundering van kloosters, beschadiging van het goed van priesters en andere rooms-katholieke gelovigen, ook worden vuren gestookt in de kloosters en kapellen. Dat alles wordt nog eens met nadruk verboden. (Waarschijnlijk zijn toen het Sint-Annaconvent, het Sint-Ursulaklooster en het klooster van de Kruisheren verloren gegeaan).
| |
9-12-1572 | De Hervormden beklagen zich bij de Prins dat het puin in de Grote of St. Janskerk, veroorzaakt door de beeldenstorm van de Geuzenkapitein Barthel Entens cs. nog steeds niet door het stadsbestuur is opgeruimd.
| |
24-12-1572 | Het blijkt noodzakelijk het verbod van 5 oktober te herhalen omdat het de katholieken onmogelijk wordt gemaakt geregelde godsdienstoefeningen te houden in de kloosters en conventen die hen na het vertrek uit de St. Janskerk waren toegewezen..
| |
1573 | Het Huis van Mathenesse wordt bewoond door [Staatse] soldaten die de stad moeten verdedigen tegen een mogelijke herovering door Spaanse troepen. Door het uitbreken van branden als gevolg van het onzorgvuldig bewonen, raakt het kasteel dermate vervallen, dat al spoedig van een ruïne kan worden gesproken.
| |
1573 | Arent Danckertsz is tresorier van de stad.
| |
1573 | De nieuwe protestantse gemeente is nog klein en groeit langzaam. Er heerst eigenlijk een uitgesproken onverschilligheid tegenover de godsdienst terwijl ook de zeden verwilderen. De langzame groei uit zich in het feit dat Pieter Willemsz Carpentier de enige predikant van de Hervormde gemeente is.
| |
28-2-1573 | Vroedschap Willem Jan Aertsz wordt door de Rekenkamer van Holland in Den Haag tot rentmeester benoemd over de binnen Schiedam gelegen kloostergoederen.
| |
9-4-1573 | De Spaanse soldaten richten onder de bevolking van het door hen hernomen Rotterdam een slachting aan.
| |
12-6-1573 | Het stadsbestuur bepaalt dat de klokkenluider 's-morgens, 's-middags en 's-avonds een klok dient te luiden om "de werkluijden en de arbeidsgezellen" een teken te geven bij het begin en het eind van hun werk.
| |
12-7-1573 | De Spanjaarden heroveren Haarlem nadat ze Bergen in Henegouwen weer heroverd hebben en nu de rebellie in Holland willen neerslaan.
Het beleg voor Alkmaar mislukt echter en dan begint de victorie!
| |
30-7-1573 | De Staten van Holland besluiten dat de hoogheemraadschappen Delfland, Schieland en Rijnland onder water moeten worden gezet om het de Spanjaarden onmogelijk te maken meer steden te heroveren. Het besluit wordt niet onmiddellijk uitgevoerd.
| |
september 1573 | Marnix van St. Aldegonde wordt namens de Prins van Oranje bevelhebber van Schiedam als de Spanjaarden, na de herovering van Haarlem, weer in aantocht zijn.
| |
11-10-1573 | In verband met de grote duurte en "de benauwde tijd", verbiedt het stadsbestuur de bevolking op zondag gedurende de predikaties en de kerkdiensten "taverne ende herberge" te bezoeken. De "taveniers" wordt gedurende deze uren het tappen verboden.
| |
nov 1573 | Vóór de 2e november vallen Maassluis en Vlaardingen weer in Spaanse handen. Schiedam wordt bedreigd maar ontspringt de dans.
| |
nov 1573 | Er worden gaten gestoken in de noordelijke dijk langs de Maas en de IJssel, richting Gouda om het Spaanse leger te beletten verder te trekken.
| |
dec 1573 | Prior Wouter Jacobsz uit Gouda noteert: 'meest al Vlaerding binnen Schiedam gevlucht was om des conincks soldaten te ontloepen'. Dat wil zeggen dat veel Vlaardingers naar Schiedam kwamen om de plunderende Spaanse soldaten te ontlopen.
| |
9-12-1573 | De Hervormden te Schiedam beklagen zich bij de Prins over de constatering dat het stadsbestuur niet hervormingsgezind is en daarom weinig genegen is bestaande kerkelijke fondsen aan de hervormden over te dragen.
| |
9-4-1574 | De eerste (hervormde) kerkmeesters vergaderen in de consistoriekamer van de Grote Kerk. Het zijn de heren Willem Jansz en Adam Alartsz, samen met de ouderlingen.
| |
2-6-1574 | Vanuit Schiedam trekt een groep plunderaars, voor een deel krijgsvolk, naar Vlaardingen waarvan de bevolking voor de naderende Spanjaarden was gevlucht. Zij plundert de verlaten huizen en steken de stad in brand.
| |
augustus 1574 | Om Leiden te ontzetten wordt, op last van de Prins van Oranje, de Maasdijk doorgestoken, waardoor Kethel en het land rondom Schiedam onder water komen te staan.
| |
september 1574 | De Staten van Holland verplichten Rotterdam en Schiedam om ten bate van de strijd tegen de Spanjaarden, elk 50 roeiers en 50 pioniers (geniesoldaten) te leveren. Men geeft ook opdracht tot het in brand steken van vele molens om aldus te verhinderen dat de Spaanse troepen zich op het platteland verschansen.
| |
december 1574 | Het grootste gevaar voor overweldiging van Schiedam door de Spanjaarden is geweken. De Spanjaarden zijn door het water genoodzaakt het beleg voor Leiden op te heffen. Hun troepen slaan aan het muiten en trekken af naar het zuiden. Heel Holland bezuiden het IJ is dan buiten gevaar. Maar Kethel is door het water totaal verwoest en komt vele jaren onder water te staan.
| |
1575 | Arent Danckertsz wordt in de periode 1575 - 1587 vier keer tot burgemeester benoemd.
| |
1575 | Cornelis Jacobsz Fabri is burgemeester van Schiedam.
| |
1575 | Leiden krijgt van de prins van Oranje een universiteit en in de periode 1575 - 1874 worden 235 in Schiedam geboren jongens als student aan de Leidse universiteit ingeschreven .
| |
1575 | Pieter Pietersz van der Burch is in de periode 1575 - 1595 vijf keer tresorier van de stad
| |
18-8-1575 | In aansluiting op de maatregel van 11 oktober 1573 verbiedt het stadsbestuur de bevolking "het danspeelen, sotte gesingen ende gespringen ofte diergelijcke dartelheijt" te bedrijven na de klok van negen uur noch op de straten noch in de husijen ofte tavernen".
| |
16-1-1576 | De stad koopt van de Staten van Holland het baljuw- en schoutambt.
| |
29-4-1576 | De vroedschap herhaalt het besluit van 3 augustus 1563 waarin wordt bepaald dat alle nieuw te bouwen huizen voortaan voorzien moeten zijn van stenen muren en een hard dak, inclusief loodsen en schuren.
| |
24-11-1576 | Schout en schepenen besluiten dat, omdat velen onwillig zijn in de Hervormde Kerk te trouwen, trouwlustigen zich op het stadhuis moeten laten registreren (voor de wet in ondertrouw gaan).
| |
1577 | Cornelis Jacobsz Fabri is tresorier van de stad.
| |
1577 | De Korte Haven, toen nog Nieuwe Haven genoemd, is gereed.
| |
23-5-1577 | De Staten van Holland besluiten dat alle binnen de stadswallen der steden gelegen kloostergoederen aan de betreffende steden zullen vervallen. Voor Schiedam betekent dat onder andere de verwerving van de bezittingen van het voormalige Kruisbroedersconvent.
| |
23-5-1577 | Bouw van een spui tussen Westvest en Korte Haven.
| |
23-7-1577 | Een ordonnantie bepaalt het vrachtloon voor dragers. De broeders van het St. Anthonisgilde wensen zich echter daar niet aan te houden. Dat zal uiteindelijk leiden (van 1581 tot augustus 1594) tot een opheffing van het gilde.
| |
1578 | Het College van de Grote Visserij wordt ingesteld en Schiedam heeft daarin een belangrijke stem. Dit College adviseert aanvankelijk de overheid in Visserijzaken maar wordt allengs een zelfstandige autoriteit die voorschriften uitvaardigt, de naleving er van controleert en overtredingen berecht.
| |
1578 | Het stadsbestuur vaardigt een algeheel verbod uit op het "kaatsen" binnen de stad. De sport wordt verwezen naar de stadsvesten en buiten de stad gelegen gronden bijvoorbeeld in de buurt van de Kethelpoort.
| |
1578 | Pieter Jacobsz Taurijn wordt benoemd tot 2e predikant van de Hervomde gemeente Schiedam.
| |
1578 | Pieter Pietersz van der Burch, schoonzoon van Thielman Oem, is schepen.
| |
1578 | Cornelis Jacobsz Fabri is opnieuw burgemeester.
| |
28-1-1578 | Cornelis Haga wordt op de Hoogstraat, in een huis tussen de Grutterssteeg en de Graansteeg, in Schiedam geboren. Zijn vader is Dirck Lambrechtszoon Haga, koopman en vroedschap te Schiedam, tevens organist van de Grote Kerk. Zijn moeder is Jacomijntge Cornelis.
| |
12-4-1578 | Het baljuw- en schoutambacht worden aan Melchior Willemsz Welhoek verpacht. Na diens dood beslist men dat beide ambten voortaan verenigd zullen blijven.
| |
20-6-1578 | De "rhetoricijnen", dat wil zeggen "de Rederijkerskamers" worden verplicht alle spelen (toneelstukken) aan de Officier en Magistraaten voor te leggen en toestemming te krijgen deze op te voeren.
| |
1579 | Cornelis Jacobsz Fabri, zoon van de broer van meester Servaes Fabri, is weesmeester.
| |
1579 | Pieter Pietersz van der Burch is regent van het Sint-Jacobsgasthuis.
| |
22-5-1579 | De vroedschap vaardigt een verbod uit op het houden van dansscholen.
| |
19-9-1579 | De vroedschap besluit de stadswaag onder het stadhuis, over te brengen naar het "Artillerijhuis bezijden den toorn" d.w.z. naar het stedelijk wapenarsenaal naast de toren (van de Grote of St. Janskerk, het huidig gebouw met de naam Waag op de gevel) omdat daar meer ruimte beschikbaar is. Het arsenaal verhuist dan naar de vorige plek van de Waag: onder het stadhuis.
| |
1580 | De Vroedschap besluit de vest tussen de Vlaardingerpoort en de Vrouwenpoort te laten uitdiepen en de stadswal die er langs ligt te doen ophogen.
| |
1580 | De rector van de stadsschool, Mr. Lucas Jansz, wordt herbenoemd. (Zijn eerste benoeming is niet bekend).
| |
1580 | Bouw van de houten standerdmolen, de Westmolen, op de Westvest tegenover de Westmolenstraat, in opdracht van Dirck Mees uit Delft.
| |
1580 | De zuidzijde van de Korte Haven wordt verdeeld in 17 erven, bestemd voor de verkoop. De stukken grond zijn kennelijk bedoeld als industrieterrein. Kopers zijn o.a. Arent Danckertsz. en Cornelis Pietersz. van der Burch.
| |
1581 | Het gilde van de haringpakkers schenkt een gildebord aan de Grote of Sint-Janskerk.
| |
10-6-1581 | Verkoop van 14 erven aan het Groene Velt, een open stuk grond, gelegen achter de Lange Kerkstraat en begrensd door Boterstraat en Heerenstraat met de verplichting aan de koper(s) om er "goede bequame huysen" neer te zetten.
| |
9-7-1581 | De Vroedschap laat de Broersvest inspecteren omdat die gracht langzamerhand tot een modderbrei is vervallen. Het uitbaggeren stelt men nog uit, beducht voor hoge kosten.
| |
17-7-1581 | Omdat de broeders van het St. Anthonisgilde zich niet aan de bepaling van 23 juli 1577 houden met betrekking tot het loon voor allerlei vrachten, wordt het dragersgilde door de Weth opgeheven. Iedereen mag nu zelf zijn bezittingen dragen. De kas van het gilde, de "bos", wordt op het stadhuis gebracht en daar bewaard.
| |
27-12-1581 | Het aantal tresoriers belast met het beheer van de stedelijke financiën, wordt van twee teruggebracht tot één.
| |
30-12-1581 | Sebastiaen Thoniszn, het oud-vroedschapslid dat in 1572 voor de geuzen vluchtte, wordt nu benoemd tot 'Fabrijksmeester'. Het is zijn taak materialen in te kopen, toezien op bouwactiviteiten van burgers (opdat gemeentelijke eigendommen geen schade oplopen), werklieden benoemen en ontslaan, burgemeesters en vroedschappen van advies dienen, etc.
| |
1582 | Pieter Pietersz van der Burch is schepen van Schiedam.
| |
1582 | De Staten van Holland staan per plakkaat toe dat "Gedeputeerden van de hen geneerende metten Haringvaert ende de groote Visscherije", eigen keuren (verordeningen) voor de visserij mogen maken. (Schiedam heeft tot 1795 zitting in dit Gedeputeerdencollege.)
| |
19-1-1582 | Ter ondersteuning van de Fabrieksmeester wordt Aernt Wouterszn tot stadstimmerman benoemd.
| |
19-1-1582 | Er is sprake van een Instructie voor de stadstimmerman of 'fabrieksmeester' (een functie die te vergelijken is met een stadsarchitect).
| |
26-7-1582 | De vroedschap besluit om de gronden van het voormalige Kruisbroedersconvent, dat aan de stad is vervallen na het besluit van de Staten van Holland van 23 mei 1577, af te palen.
| |
7-10-1582 | Cornelis Jacobsz Fabri (neef van Servaes Pietersz Fabri, stichter van het Oude Manhuis) overlijdt. Hij bekleedde vanaf 1565 in Schiedam diverse openbare functies zoals schepen, burgemeester, tresorier.
| |
1583 | De Broersvest is in de loop de tijden een afzichtelijke, vieze modderbrei geworden, reden waarom de Vroedschap de vest nu laat uitbaggeren.
| |
15-12-1583 | De rector van de stadsschool, Mr. Lucas Jansz, wordt voor de tweede maal herbenoemd. Hij moet de kinderen "in de vreze Gods" onderwijzen, achting en discipline bijbrengen, verder moet hij ze leren lezen, schrijven en latijn en psalmen en gezangen zingen. Hij leidt dus een in opzet Latijnse School. Zijn jaarsalaris is naast vrij wonen en accijnsvrijdom tien tonnen "drinckbijer", 52 gulden van de stad, 52 van de kerk en 16 van het armbestuur. Bovendien van elk kind nog schoolgeld.
| |
1584 | Het klooster en de bijbehorende tuinen en boomgaarden van de Kruisbroeders vervallen aan de stad. Een gevolg van de Reformatie.
| |
1584 | Cosmus Pesarenghijs wordt voor zeven jaar aangenomen als tafelhouder (bankier) van de Bank van Lening. Hij moet jaarlijks ten behoeve van de armen een som gelds betalen. Ter bescherming van de vissende bevolking is het hem verboden netten, garens e.d. als pand te aanvaarden.
| |
23-4-1584 | Een deel van de grond van het voormalige Kruisbroedersconvent wordt door het stadsbestuur
overgedragen aan het St. Jacobsgasthuis.
| |
1585 | Er vestigen zich in Schiedam een aantal tijkwerkers ofwel lakenwevers uit Turnhout en zij laten alle vijf een huis bouwen aan de Raam(gracht). Die huizen worden bekend als de 'tijkwerkershuizen'.
| |
3-4-1585 | De vroedschap wijst een extra belasting ter bestrijding van de hoge oorlogskosten door de Staten van Holland af, omdat juist de oorlog de visserij waarvan Schiedam zo afhankelijk van is als hoofdmiddel van bestaan, de stad veel schade heeft berokkend.
| |
1586 | Arent Danckertsz wordt tot kerkmeester benoemd.
| |
29-4-1586 | Het stadsbestuur verhuurt voor zes jaar aan tuinman Allert Anthonisz. het reeds door sloten en muren omgeven kloosterterrein met boomgaard en ruïne van het voormalige Kruisbroedersklooster. Het terrein wordt begrensd door de Lange Kerkstraat, het Broersveld, de Herenstraat en de Broersvest.
| |
31-8-1586 | Joost Augustijnsz Stalpaert van der Wyele wordt benoemd tot stadsdokter van Schiedam.
| |
1587 | De Vrijenbanse, de Hof van Delftse, de Berkelse, de Kethelse en de Pijnackerse sluis aan het eind van de Poldervaart, bij de Merwe, worden vervangen door één sluis. De naam Vijf Sluizen is echter tot in onze dagen een begrip.
| |
1587 | In het complex De Vijfsluizen is een zandstenen gedenksteen geplaatst. Deze krijgt na sloop van de oude sluis een plaats boven de deursponning aan de Schiedamse zijde.
| |
7-5-1588 | De Doelen van het Sebastiaansgilde, gevestigd aan het einde van de Lange Kerkstraat, wordt verkocht.
| |
1-5-1589 | Herbenoeming van de rector van de stadsschool, Mr Lucas Jansz., voor een periode van vijf jaar. Het benoemingscontract vermeldt dat hij zo spoedig mogelijk een (definitieve) "Latynsche schole" moet oprichten teneinde te voorkomen dat Schiedamse kinderen voor hoger onderwijs naar andere steden moeten uitwijken. De opheffing van "byscholen" (particuliere scholen) moet ervoor zorgen dat er voldoende leerlingen voor de school zijn. De rector moet zich dan wel alleen met het onderwijs bezig houden en dus geen bijbaantjes hebben.
| |
17-10-1589 | Hubrecht Corssen, heer van Belois, verzoekt de vroedschap een stuk grond ter beschikking te stellen om daarop twaalf huisjes te zetten "ten behouve van schamele ende arme luyden".
| |
ca. 1590 | Aan de Lange Haven-westzijde bevinden zich ongeveer 20 scheepswerven. Daar worden in de loop der jaren schepen gebouwd als: hoekers en buizen (schippersboten), damlopers (binnenvaartuig), crabbeschuiten (overnaads beplankt binnenvaartuig), koggeschepen (groter binnenvaartuig), carveels (idem gladboordig beplankt), botschepen (waarschijnlijk botters voor het vissen op bot en garnalen).
| |
1590 | Aan het Groene Weegje (of Groenweegje), naast het "syekhuys" ofwel Pesthuis, worden zeven huisjes gebouwd in het kader van een economische bloei van de stad
| |
1590 | Naast de Suytwintcorenmolen, aan het einde van de Hoogstraat bij de Rotterdamse Poort, staat een rosmolen d.w.z. een molen waarvoor niet de wind, maar paarden de kracht leveren.
| |
1590 | Pieter Jacobsz. Taurijn, de eerste tweede predikant van de stad, overlijdt. Hij wordt in de Grote Kerk begraven.
| |
1590 | Onder de Hoge Brug, bij de huidige Koemarkt, wordt een keersluis gebouwd om bij hogere waterstand het water in de havens te houden.
| |
20-1-1590 | De stad kan de belasting aan de Staten van Holland over 1589 niet betalen; wegens "de sobere staet dezer Stede" en de slechte resultaten van de haringvangst.
| |
27-12-1590 | Er is een conflict tussen de vroedschap en hervormde kerkeraad als de laatstgenoemde voor de overleden predikant Taurijn een nieuwe benoemt. De vroedschap is van mening dat de benoeming van predikanten nu een zaak is voor de stadsoverheid en de kerkenraad vindt dat zijn verantwoordelijkheid.
| |
16-3-1591 | Pieter Cornelisz. [van Maerlant] uit Delfshaven wordt door de stadsoverheid (en niet door de kerkeraad), benoemd tot predikant van de hervormde gemeente. Hij ontvangt een jaarsalaris van 500 carolus guldens, te weten 400 guldens uit de kas van de Staten en 100 guldens uit de stadskas.
Het conflict tussen de stad en de kerkeraad wordt later opgelost met de zogeheten "handopening", d.w.z. de kerkeraad vraagt om toestemming om een beroepingsprocedure te mogen starten.
| |
29-8-1591 | Aan Hubrecht Corssen wordt vrijdom van accijns verleend als stichter van het Hofje van Belois met twaalf huisjes ten behoeve van arme mensen.
| |
13-11-1591 | De leproosmeesters krijgen toestemming van het stadsbestuur buiten de stad "wederomme" een leprooshuis op te richten. Blijkbaar was het vorige verdwenen in de woelingen van de jaren 1572 en volgende.
| |
1592 | Pieter Willemsz. Carpentier, de eerste vaste predikant sedert 1573 van de Nieuwe Religie in Schiedam, overlijdt in Schiedam.
| |
feb 1593 | Het Gasthuis en het stadsbestuur verkopen de gronden van het voormalige Kruisbroedersconvent als de huur van het in 1586 aan tuinman Allart Anthonisz. is beëindigd. Het gebied wordt verdeeld in 85 erven nadat eerst een "sloot door Broertgesvelt, doorgaens totter lant van beloften toe" is gegraven. Het is het ontstaan van het Broersveld.
| |
8-6-1593 | De Hoge Raad van Holland spreekt Maritgen Arentsdr. Schoenmakers, Diewer Dirksdr., Anna Claas Laanges, Bay Buysen en Anna Hondert Theunen vrij van hekserij. Ze waren in Schiedam daarvoor veroordeeld. Het proces is het laatste van een reeks heksenprocessen te Schiedam sinds 1556.
| |
3-9-1593 | De vroedschap ontslaat de rector van de stadsschool Mr Lucas Jansz. omdat zijn onderwijs beneden de verwachting is als gevolg van het uitoefenen van sinds 8 mei 1589 verboden nevenfuncties.
| |
25-10-1593 | Hubrecht Corssen verkoopt de helft van de hem toebehorende ambachtsheerlijkheid van Beloijs aan zijn neef Gerrit Visch. De opbrengst zal dienen voor de bewoners van het door hem gestichte "Oude Wyffkenshof".
| |
1-11-1593 | Huybrecht Corssen ondertekent de stichtingsoorkonde van het Hofje van Belois, gelegen tussen de Raam en het Pesthuis, bestaande uit 20 woonhuizen, een bakhuis en een korenzolder. Corssen is ambachtsheer van de heerlijkheid Belois op Schouwen die zich in Schiedam (waarschijnlijk) bezighoudt met het haringbedrijf. Bij zijn uiterste wilsbeschikking benoemt hij tot "buytevaders ende opsienders" ofwel regent van het Hofje Antoni Corn. Bakker, gehuwd met Neeltje Willems, dochter van Maria Gerrits, een halfzuster van den stichter en Leendert Daniels gehuwd met Meynssie Corssen, dochter van Cors Corssen, broer van den stichter van het Hofje.
| |
ca. 1594 | Waarschijnlijk het jaar van ingebruikneming van het nieuwe leprooshuis ter hoogte van het achterhuis van het huidige Proveniershuis.
| |
1594 | Jacob Jansz Waerde verkoopt zijn huis op de Dam, uitgezonderd hetgeen zijn "brandwijn brandinghe" aangaat. Hij is de oudste bekende brander in Schiedam.
| |
1594 | De Loodwitmolen wordt gebouwd aan de Sint-Annazusterstraat in twee huisjes afkomstig van de Leproosmeesters. Oorspronkelijk is het een watermolen om papier te vermalen.
| |
11-5-1594 | Aanbesteding voor het maken van een "nijeu Spueijwater buijten de Vlaerdingsche Poort" tot "onderhout van de diepte van de haven" in de brede sloot langs en aan de voet van de Vlaardingerdijk "die verder westwaarts loopt naar de kromming van de dijk bij Spieringshoek".
| |
1-8-1594 | Het St. Anthonisdragersgilde wordt weer ingesteld na 13 jaar verboden te zijn geweest omdat men zich niet aan de vroedschaps-ordonnantie wilde houden die het vrachtloon vaststelde.
| |
8-12-1594 | De vroedschap krijgt het "verzouck van de tycktwevers omme het erff genaempt fen Raem te coopen ende te betimmeren voor die van heure natie".
| |
1595 | Plakkaat van de Staten van Holland met een hernieuwd bevel waarin het ieder die tot werken in staat is verboden wordt te bedelen.
| |
1595 | Het terrein tussen de Overschiesepoort en het Leprooshuis wordt gebruikt als houtopslag (houttuin) en stortplaats voor vuilnis.
| |
1595 | Vroedschapslid Bruin Arenszn wordt benoemd tot Fabrieksmeester.
| |
1595 | Op verschillende lokaties worden nieuwe woningen gebouwd ondermeer bij de Kethelpoort, bij de Rotterdamse Poort en op het terrein van "het susterhuys (Leliëndael) aen den acherwech" .
| |
6-3-1595 | Uitgifte van bouwgrond bij de Kethelpoort, Rotterdamsepoort en op het terrein van "het susterhuys aen den achterwech"(Leliëndaal).
| |
22-3-1595 | De vroedschap besluit tussen de "soutketen ende Willem Arijenss Swart, scheepstimmerman", wallen en vesten te verplaatsen (waaraan de nog bestaande "knik" in de Nieuwe Haven te danken is).
| |
12-4-1595 | Cornelis Haga wordt, op zeventienjarige leeftijd - ingeschreven als rechtenstudent aan de universiteit van Leiden.
| |
1596 | Een watermolen (later genaamd "De Volmolen") met als functie papiermolen wordt gebouwd in de Vlaardingerstraat "ontrent de Vlaerdingpoort" in opdracht van enige particulieren.
| |
1596 | Huizenbouw in een slop achter de huizen, staande aan de oostzijde van de Nieuwstraat.
| |
1596 | Pieter Pietersz van der Burch is burgemeester van Schiedam.
| |
1596 | In de plaats van de in 1592 overleden predikant Pieter Willemsz Carpentier wordt Nathanael Pietersz Maerland benoemd. Hij is de zoon van de sinds 1591 ook in Schiedam als predikant werkzame Pieter Cornelis Maerland. Vader en zoon werken dus tegelijkertijd in dezelfde kerkelijke gemeente!
| |
1596 | Er wordt gebouwd in een slop achter de huizen in de Nieuwstraat en er worden erven verkocht aan de westzijde van de Lange Haven en aan het Oude Kerkhof bezijden de Grote kerk.
| |
31-1-1596 | Het college van gecommitteerde vroedschappen wordt ingesteld om toezicht te houden op de stedelijke financiën. De samenstelling van het college is: burgemeester en vijf leden van de vroedschap.
| |
17-2-1596 | De vroedschap besluit tot de bouw van een getijdemolen in de Vlaardingerstraat.
| |
4-5-1596 | Verkoop van erven aan de westzijde van de Lange Haven.
| |
14-9-1596 | Verkoop van erven aan het Oude Kerkhof naast de Grote Kerk.
| |
28-12-1596 | Het stadsbestuur kent een "stedes voerman".
| |
1597 | Dirck Haga, de vader van Cornelis Haga, de later ambassadeur in Istanbul, overlijdt en laat een aanzienlijk bezit na.
| |
1597 | Het stadsbestuur regelt opnieuw de werkzaamheden van de Weeskamer. Bovendien wordt het aantal leden van twee op drie gebracht die allen worden gekozen door de Wet en de Vroedschap. Dit belangrijke college heeft een eigen kamer in het stadhuis, de Weeskamer.
| |
1597 | Vernieuwing van het plakkaat van 1595 van de Staten van Holland met een bevel waarin het ieder die tot werken in staat is verboden wordt te bedelen.
| |
1597 | Als afscheiding van het hoogkoor, dat in de protestantse erdedienst geen functie meer heeft, wordt een koorschot in de Grote of St Janskerk geplaatst, een gebeeldhouwde afscheiding met rondboog-ornamenten.
| |
12-2-1597 | Willem Meesz, tijckwerker, verzoekt "omme het erff bij hem van den stede gecocht, leggende in den Raem, te mogen betimmeren breet XIII roede voeten binnen de muijren, etc." De vroedschap beslist gunstig.
| |
19-2-1597 | Schiedam dient als thuishaven voor 70 haringschepen en 30 coopvaerders.
| |
25-6-1597 | Jacques de Gheyn, plaatsnijder, krijgt opdracht een plattegrond van de stad te maken.
| |
28-7-1597 | Het Oude Manhuis van Servaes Pietersz. Fabri besluit ook commensalen (betalende (oude) mannen) toe te laten hetgeen de financiële positie van het tehuis verbetert.
| |
31-8-1597 | De vroedschap besluit om de Lange Haven uit te diepen en aan weerszijden een "bequame stene caije" te doen maken. Ter plaatse van de scheepswerven wordt de kade lager dan elders.
| |
20-9-1597 | Tijkwerkers uit Turnhout afkomstig, kopen erven "in den Raem".(Op de plattegrond van Jacques de Gheyn uit 1598 zijn hun huisjes aangegeven).
| |
1598 | De aanvoer van haring bedraagt 1098,5 last (één last = 14 tonnen = ca. 14.000 vissen).
| |
1598 | Aan het Hoofd ontstaan bedrijven omdat het daarvoor in de stad aan geschikte grond ontbreekt. Ook mogen er geen schepen meer in de havens worden opgelegd (in afwachting van betere tijden). Bovendien is men niet meer beducht voor aanvallen van de Spanjaarden.
| |
1598 | De kaart van Jacques de Gheyn komt gereed. Hij toont een nauwkeurige weergave van de stad. De Gheyn levert de vroedschap de door hem gemaakte koperen plaat met de plattegrond en aanzicht van Schiedam. Hij ontvangt hiervoor 120 gulden, exclusief afdrukken. Het bijzondere aan de kaart is dat hij een "birds view" geeft en nauwkeurig de situatie weergeeft. Zo is bijv. de stadskraan aan de Lange Haven ter hoogte van de Vismarkt, duidelijk weergegeven.
| |
26-1-1598 | Scheepsbouwers aan de Lange Haven dienen een bezwaarschrift in tegen het besluit van de vroedschap om de Lange Haven te bekaden. Ze zien daarin een gevaar voor hun bedrijven. Als gevolg van het bezwaar besluit de vroedschap een beslissing over het omstreden gedeelte uit te stellen.
| |
20-2-1598 | Op verzoek van scheepsbouwers aan de Lange Haven besluit de vroedschap te "letten wat schade de supplicanten daer door lijden"(d.w.z.door de voorgenomen bekading van de haven) en daarna met hen te onderhandelen.
| |
21-3-1598 | De vroedschap besluit te zoeken naar vervangende plaatsen voor de scheepswerven op gronden aan de Buitenhaven.
| |
21-3-1598 | De vroedschap behandelt een verzoek van de Heilige Geestmeesters een stedelijk weeshuis te mogen bouwen.
| |
10-4-1598 | De loop van de bekading van de Lange Haven wordt vastgelegd, nl. "van de zuidoosthoek van het erf van Willem Jacobsz. Brasser tot de zuidoosthoek van de zoutkeet van burgemeester Cornelis Alewijnsz. en vandaar tot het tweede schietgat in de stadsmuur, gerekend vanaf de Hoge Brug tot de Hoofdpoort".
| |
30-5-1598 | Aan de westzijde van de Lange Haven worden erven grond verkocht.
| |
13-6-1598 | Het besluit van de vroedschap tussen de zoutketen en de Hoofdpoort langs de waterkant een kade en straat "van achtijen voeten breet" te maken, maakt de tewaterlating van schepen voor de aldaar gevestigde scheepsbouwers erg moeilijk.
| |
3-7-1598 | De vroedschap besluit om 25 erven tussen het Hoofd en de steenplaats uit te geven, alles met de bedoeling dat de scheepswerven aan de Lange Haven naar geschikter plekken kunnen verhuizen.
| |
4-7-1598 | Een commissie bestaande uit twee Heilige Geestmeesters, twee Gasthuismeesters, twee kerkeraadsleden en drie burgemeesters heeft een verordening opgesteld die op deze dag wordt afgekondigd en waarin een begin wordt gemaakt met een goede regeling van armenzorg. Er wordt onderscheid gemaakt tussen ware armoede - zij die echt niet kunnen werken - en valse armoede - de bedelarij. Dat laatste wordt dus verboden. Bovendien worden het inzamelen en geven van aalmoezen gecentraliseerd.
| |
5-9-1598 | De vroedschap besluit de ambten van baljuw en schout officieel in één persoon te verenigen. tevens wordt besloten de baljuw het voorzitterschap van het college te ontnemen, waarmee men diens macht inperkt.
| |
1599 | De aanvoer van haring bedraagt in dit jaar 1185 last (één last = 4 tonnen = ca. 14.000 vissen).
| |
1599 | Aanstelling van Ruardus Acronius van Kornjum tot predikant van de Hervormde Gemeente. Hij is dan de laatste Schiedamse predikant die de eerste reformatietijd nog aan den lijve heeft ondervonden.
| |
1599 | Thielman Oem Danielsz. overlijdt. Hij was vanaf 1538 werkzaam in diverse openbare functies zoals vroedschap, tresorier, burgemeester.
| |
1599 | De stad bezit volgens de stadsrekeningen 14 stadslijnbanen. Deze bevinden zich aan de Noordvest, Westvest (Nieuwe Vest), Broersvest en bij de Kethelpoort. De moeilijker te tellen banen aan o.m. de Lange Kerkstraat, Verbrande Erven, in het St.Annazusterhuis en de Hoogstraat, zijn in deze aantallen niet opgenomen.
| |
1599 | Pieter Pietersz van der Burch is burgemeester.
| |
1599 | Pieter Pietersz van der Burch is regent van het Oude Manhuis.
| |
10-5-1599 | De baljuw doet een poging om het voorzitterschap van de vroedschap te herkrijgen hetgeen hem niet lukt.
| |
13-10-1599 | De vroedschap verkoopt 20 erven aan het Hoofd voor 'allerhande neringen, coopmanschappen ende hantwercken'.
| |
22-11-1599 | Scheepsbouwer IJsbrant Jansz met zijn bedrijf aan de Lange Haven, begint een proces tegen de stad omdat 'hem vermits 't maken van de steenen caije zijn neringhe benomen(...) is". De vroedschap vraagt hierover in Den Haag rechtskundig advies.
| |